top of page

Het sprookje van de scootmobiel en het fluisterende woud

  • lars Plooyer
  • 26 nov
  • 3 minuten om te lezen


Op een mistige herfstdag, toen de bladeren als koperen munten over de grond rolden, besloot een dappere vrouw uit de Facebookgroep Woudgefluister iets bijzonders te doen. Ze startte haar trouwe scootmobiel, zette haar sjaal wat steviger om haar schouders, en sprak vastbesloten:

"Vandaag reis ik af naar Den Treek… vandaag ga ik op zoek naar de bewoners van Woudgefluister zelf.


En zo tufte ze, wiebelend over het asfalt van de Treekerweg, langs kale bomen en stille velden. Hoewel de natuur in winterslaap leek te zijn, keek ze haar ogen uit — want in Den Treek, dat wist ze, schuilt altijd iets magisch.

Toen ze stopte bij een open vlakte, keek ze verlangend omhoog naar de heuvel waar het beroemde schrijversbankje van Lars stond.

"Daarboven… daar zou ik zo graag eens willen kijken," mompelde ze.


"Maar ja… dan mag ik wel rupsbanden onder m’n scootmobiel zetten."

Wat ze niet wist, was dat haar gemompel werd opgevangen. Want iemand — of beter gezegd: iets — luistert altijd in Den Treek.

Uit de bladeren kroop ineens een klein, rimpelig wezentje met een hoedje van mos en een wandelstok van paddenstoelsteel. Het was Kreukel de Paddenstoelprater, altijd nieuwsgierig en altijd in voor een praatje.

Hij keek op, zijn oogjes twinkelend als druppeltjes dauw.

"Hulp nodig, mevrouw?" piepte hij vriendelijk.

Voordat ze antwoord kon geven, verschenen uit de schaduwen ook de anderen:


Liora de Lantaarnfee, lichtjes kringelend om haar heen.


Bramwortel de Boomhoeder, groot als een oude eik.


Mirel van de Maanmeren, met een sluier die fonkelde als nachtwater.


Lysandra Mergeldauw, wier stappen klonken als rimpelingen in een vijver.

Ze stonden in een kring om de scootmobiel, vriendelijk maar indrukwekkend magisch.

De vrouw slikte even — ze had al zoveel over hun gelezen in de groep, maar nu stonden ze werkelijk voor haar!


"Ik zou zo graag van boven op de heuvel alles willen zien," zei ze zacht.


"Ik ben lid van Woudgefluister… jullie spelen allemaal zo’n grote rol in die verhalen. Net als wolf Bram en wolvin Eva met hun welpen. Wat had ik die graag ontmoet…"

Lysandra glimlachte — een glimlach die rook naar regen en beekwater.


"Dat kan wel geregeld worden," sprak ze.

En voor de vrouw goed kon nadenken, blonk er tussen de dennen een paar gouden ogen.

ree

Toen nog twee.


En toen, drie kleine nieuwsgierige snuiten.

Daar waren ze:


Wolf Bram, groots, krachtig en wijs.


Wolvin Eva, zacht maar trots.


En hun drie dartelende welpen die rond de scootmobiel sprongen en speels tegen de bumper tikten.

De vrouw voelde haar hart warm worden.

Wolf Bram zette een stap naar voren, zijn stem diep en zacht als donder over de hei:


"Wij hebben uw verhaal gehoord. En volgens de Eed van Woudgefluister zullen wij ervoor zorgen dat u het uitzicht vanaf de heuvel — bij het bankje van schrijver Lars — zult zien."

Eva knikte plechtig.


"En wij zorgen dat u weer veilig terugkomt op het asfalt van de Treekerweg."

Bramwortel tikte met zijn wortelstaf op de grond. De aarde trilde zachtjes.


Liora liet lichtjes dansen als kleine vuurvliegjes die een pad begonnen te vormen.


Mirel liet een glinsterend maanlichtlint over het pad zweven.


En Kreukel klom enthousiast op de scootmobiel, alsof hij de kapitein van een schip was.

"Vooruit!" riep hij vrolijk.

ree

"Tijd voor een avontuur!"

En zo werd die gewone scootmobiel langzaam omhuld door magie. De wielen kregen grip waar geen grip was, het rijtuig werd licht als mos, en de vrouw voelde zich gedragen — door het woud zelf.

Samen met de bewoners van Woudgefluister trok ze de heuvel op, hoger en hoger, tot ze het uitzicht bereikte waar Lars zijn schrijversbankje stond.

Het was mooier dan ze had durven dromen: wijd, stil, en toch vol verhalen.

En terwijl de wolven naast haar gingen zitten en de welpen tegen haar been aan leunden, fluisterde ze:

"Den Treek… je bent zelfs in je kaalheid nog magisch."

En het woud fluisterde terug.


Opmerkingen


bottom of page